Knolcyperus [Cyperus esculentus]
Zeer warmteminnend, overblijvend cypergras met ondergrondse uitlopers en in de bodem overlevende knollen. Het onkruid heeft een voorkeur voor vochtige, licht zure, humusrijke, opdrachtige gronden. Groeit vaak vanuit slootkanten percelen binnen. De knollen komen soms mee met plantmateriaal, zoals bijvoorbeeld bij aardbeien. Onder gunstige omstandigheden kan de plant tot 100 cm hoog worden.








Gewassen
Maïs, aardappelen, suikerbieten, groenten, aardbeien, bloembollen
Herkenning
Echte bladeren: driehoekig gevouwen, ongeveer 5 mm breed, afhankelijk van de standplaats kan blad zeer lang worden
Stengel: driekantig, met onduidelijke knopen
Bloeiwijze: bloemenscherm op eind van stengel, strogeel